Column Tineke Huizinga Centraal Weekblad (juni)
vrijdag 16 juni 2006 14:00
Enkele weken geleden werd voor de kust van Barbados een jachtje gevonden. Aan boord werden elf lijken aangetroffen, door de wind en het zoute water gemummificeerd. Het bleek te gaan om jonge mannen uit Senegal die op weg waren naar de Canarische eilanden, naar Europa. Het jacht was uit de koers geraakt en de oceaan op gedreven. Bij één van de jongens werd een nog leesbaar afscheidsbriefje gevonden: ‘Ik zou zo graag mijn familie wat geld hebben gestuurd’, stond daar op te lezen, ‘maar nu eindigt mijn leven hier op deze enorme oceaan’.
In Nederland hebben we de regel, gebaseerd op internationale verdragen, dat iemand als vluchteling wordt erkend wanneer hij te vrezen heeft voor zijn leven omdat zijn overheid hem niet beschermt. De elf die op weg waren naar Europa voldeden niet aan die definitie. Zij waren niet op de vlucht voor een vijandige overheid. Zij waren op de vlucht voor honger, voor een uitzichtloos bestaan.
In Nederland zijn zulke mensen niet welkom, wij duiden ze aan met de term gelukzoekers en sturen ze linea recta terug naar waar ze vandaan komen. Dat kan niet anders, wij hebben uiteindelijk geen plaats voor al deze economische vluchtelingen. Toch kunnen we als christenen met deze situatie geen vrede hebben, lijkt mij. Al zou opnemen in ons land geen mogelijkheid zijn, we zullen toch onze uiterste best moeten doen om de armoede waar deze mensen slachtoffer van zijn de wereld uit te helpen.
Over de hele wereld is er overeenstemming dat armoede bestreden moet worden. De Verenigde Naties hebben als doel geformuleerd dat in 2015 de armoede op de wereld zal zijn gehalveerd. Om dat te bereiken heeft men 8 subdoelen gesteld, de millenniumdoelstellingen. Nu is het opschrijven van mooie doelstellingen gemakkelijker dan het waarmaken van wat is voorgenomen. Eén van de grote struikelblokken voor arme landen om hun economie goed op poten te zetten zijn de handelsbelemmeringen. Als het erop aan komt beschermen de rijke landen hun markten en voorkomen zo de toetreding van arme landen op de wereldmarkt. Met de mond wordt beleden dat armoede de wereld uit moet, maar met de daad valt het tegen om het eigenbelang opzij te zetten. Dat eigenbelang is nu eenmaal een taaie drijfveer.
Als gewoon burger is het al helemaal moeilijk om een bijdrage te leveren aan de vermindering van armoede op de wereld, dat kan behoorlijk frustrerend zijn. Is er nu niet meer te doen dan geld geven aan goede doelen?
Vanaf september dit jaar gaat in veel landen de Micha campagne van start. In Nederland is Tear Fund trekker van deze campagne en allerhande organisaties hebben zich hier al bij aangesloten. De bedoeling van de campagne is om tot veel meer acties te komen die het millenniumdoel, de halvering van de armoede in 2015, dichterbij kan brengen. Nu is het mogelijk om bijvoorbeeld Max Havelaar koffie te kopen, dan weet je zeker dat de boer die deze koffie geleverd heeft er een goede prijs voor heeft gekregen. Er moeten veel meer van zulke initiatieven komen waarbij mensen zelf in hun dagelijks leven bij kunnen dragen aan een eerlijker verdeling van de welvaart. In de Micha campagne draait het erom om met elkaar te komen tot goede initiatieven en ideeën. Ook de ChristenUnie heeft zich bij deze uitdaging aangesloten. Waarom nu Micha campagne? Dat is vanwege de tekst in Micha 6:8.
Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de Heer van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God.
Recht doen, dat is wat God van ons wil. Maar recht doen aan mensen die op een bootje stappen en de oceaan opvaren op zoek naar een manier om geld te verdienen voor hun familie, dat is moeilijk. Hoe krijg je dat als krantenlezer voor elkaar. We moeten met elkaar de structuren vormen en wegen scheppen om recht te doen. Een Micha campagne is daarom broodnodig.
Bron: Centraal Weekblad
In Nederland hebben we de regel, gebaseerd op internationale verdragen, dat iemand als vluchteling wordt erkend wanneer hij te vrezen heeft voor zijn leven omdat zijn overheid hem niet beschermt. De elf die op weg waren naar Europa voldeden niet aan die definitie. Zij waren niet op de vlucht voor een vijandige overheid. Zij waren op de vlucht voor honger, voor een uitzichtloos bestaan.
In Nederland zijn zulke mensen niet welkom, wij duiden ze aan met de term gelukzoekers en sturen ze linea recta terug naar waar ze vandaan komen. Dat kan niet anders, wij hebben uiteindelijk geen plaats voor al deze economische vluchtelingen. Toch kunnen we als christenen met deze situatie geen vrede hebben, lijkt mij. Al zou opnemen in ons land geen mogelijkheid zijn, we zullen toch onze uiterste best moeten doen om de armoede waar deze mensen slachtoffer van zijn de wereld uit te helpen.
Over de hele wereld is er overeenstemming dat armoede bestreden moet worden. De Verenigde Naties hebben als doel geformuleerd dat in 2015 de armoede op de wereld zal zijn gehalveerd. Om dat te bereiken heeft men 8 subdoelen gesteld, de millenniumdoelstellingen. Nu is het opschrijven van mooie doelstellingen gemakkelijker dan het waarmaken van wat is voorgenomen. Eén van de grote struikelblokken voor arme landen om hun economie goed op poten te zetten zijn de handelsbelemmeringen. Als het erop aan komt beschermen de rijke landen hun markten en voorkomen zo de toetreding van arme landen op de wereldmarkt. Met de mond wordt beleden dat armoede de wereld uit moet, maar met de daad valt het tegen om het eigenbelang opzij te zetten. Dat eigenbelang is nu eenmaal een taaie drijfveer.
Als gewoon burger is het al helemaal moeilijk om een bijdrage te leveren aan de vermindering van armoede op de wereld, dat kan behoorlijk frustrerend zijn. Is er nu niet meer te doen dan geld geven aan goede doelen?
Vanaf september dit jaar gaat in veel landen de Micha campagne van start. In Nederland is Tear Fund trekker van deze campagne en allerhande organisaties hebben zich hier al bij aangesloten. De bedoeling van de campagne is om tot veel meer acties te komen die het millenniumdoel, de halvering van de armoede in 2015, dichterbij kan brengen. Nu is het mogelijk om bijvoorbeeld Max Havelaar koffie te kopen, dan weet je zeker dat de boer die deze koffie geleverd heeft er een goede prijs voor heeft gekregen. Er moeten veel meer van zulke initiatieven komen waarbij mensen zelf in hun dagelijks leven bij kunnen dragen aan een eerlijker verdeling van de welvaart. In de Micha campagne draait het erom om met elkaar te komen tot goede initiatieven en ideeën. Ook de ChristenUnie heeft zich bij deze uitdaging aangesloten. Waarom nu Micha campagne? Dat is vanwege de tekst in Micha 6:8.
Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de Heer van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God.
Recht doen, dat is wat God van ons wil. Maar recht doen aan mensen die op een bootje stappen en de oceaan opvaren op zoek naar een manier om geld te verdienen voor hun familie, dat is moeilijk. Hoe krijg je dat als krantenlezer voor elkaar. We moeten met elkaar de structuren vormen en wegen scheppen om recht te doen. Een Micha campagne is daarom broodnodig.
Bron: Centraal Weekblad
Reacties op 'Column Tineke Huizinga Centraal Weekblad (juni)'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.